Bouwbesluit Online 2012


Artikel 3.10 Verbouw

Bij het geheel of gedeeltelijk vernieuwen, veranderen en vergroten zijn de artikelen 3.8 en 3.9 van overeenkomstige toepassing. Het niveau van eisen is daarbij 10 dB lager, dit betekent dat maximaal toegestane installatiegeluidsniveauin een verblijfsgebied 10 dB hoger is, ofwel de installatie mag meer geluid produceren. Dit betekent dat bij het vervangen van een installatie de nieuwe installatie ook aan de voorschriften van deze afdeling moet voldoen, maar dat de geluidsproductie 10 dB hoger mag zijn. Meer concreet: het installatie-geluidsniveau als bedoeld in de artikel 3.8 en 3.9, eerste lid, mag ten hoogste (30 dB + 10 dB =) 40 dB zijn. Bij toepassing van artikel 3.9, tweede lid, moet bij de in de tabel opgenomen waarde ook telkens 10 worden opgeteld. Afhankelijk van de gebruiksfunctie komt dit neer op een waarde van ten hoogste 40 dB of ten hoogste 45 dB.

Bij Stb. 2020, 189, ingevoerd per 01.04.2021, is dit artikel 3.10 aangepast. In (verbouw)artikel 3.10 is de bestaande tekst aangepast op de nieuwe leden van artikel 3.8 en 3.9. Dit verbouwartikel is niet van toepassing op artikel 3.8, tweede lid, en artikel 3.9, derde lid. Voor deze leden geldt het algemene verbouwartikel 1.12 en daarmee gelden de betreffende nieuwbouweisen ook voor verbouw. Dit betekent dat als men bijvoorbeeld een warmtepomp plaatst bij een bestaande woning (in het kader van de energietransitie), men ook zal moeten voldoen aan de eis van 40 dB. Voor bestaande installaties worden in het Bouwbesluit 2012 geen geluidseisen gesteld, rekening houdend met de rechten en positie van de eigenaren van bestaande installaties. Dit laat onverlet dat een gemeente op basis van artikel 13 van de Woningwet gemotiveerd ook bij bestaande situaties een hogere eis kan opleggen.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties