Bouwbesluit Online 2012


Artikel 5.12 Zwembaden

Sedert 1 januari 2015 kent de Woningwet in artikel 1a, derde lid, de mogelijkheid om bij ministeriële regeling categorieën bouwwerken aan te wijzen waarvan vast is komen te staan dat die een gevaar voor de gezondheid of de veiligheid kunnen opleveren. De eigenaar of degene die uit andere hoofde bevoegd is voorzieningen te treffen, moet in een dergelijk geval onderzoek (laten) uitvoeren naar de staat van dat bouwwerk.

Het eerste lid bepaalt voor welke categorie bouwwerk de onderzoeksverplichting geldt. Het gaat om gebouwen met daarin een zwembad dat ook een badinrichting is zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet hygiëne en veiligheid badinrichtingen en zwemgelegenheden (Whvbz). Het kan daarbij gaan om afzonderlijke zwembaden maar ook om zwembaden die onderdeel zijn van hotels, vakantieparken, zorginstellingen, et cetera. Zwembaden voor privé gebruik vallen niet onder de Whvbz en daarmee ook niet onder de onderzoeksplicht.

Het tweede lid geeft een uitzondering voor gebouwen die geheel nieuw worden gebouwd en waarvoor de omgevingsvergunning voor het bouwen na 1 juli 2016 is ingediend. De gedachte hierbij is dat een gemeente bij de beoordeling van de vergunningaanvraag informatie kan opvragen over de toegepaste materialen en daarmee de geschiktheid van die materialen kan beoordelen.

Het derde lid beschrijft het onderzoek. Uit onderdeel a volgt dat de dragende metalen delen die zijn toegepast in het zwembad moeten worden geïnventariseerd. De term dragende metalen delen is breder bedoeld dan het begrip bouwconstructies in het Bouwbesluit 2012. Onder dragende metalen delen vallen alle delen die een belasting dragen ook als deze geen bouwconstructie zijn volgens het Bouwbesluit 2012. Inrichtingselementen, zoals geluidsboxen die in een zwembad zijn opgehangen met RVS verbindingen, worden in principe niet gezien als bouwconstructie in de zin van het Bouwbesluit 2012, maar de veiligheid van dergelijke elementen valt wel onder de werkingsfeer van het zorgplichtartikel 1a van de Woningwet. Het zorgplichtartikel is namelijk ook bedoeld als vangnetartikel voor die veiligheidsaspecten die niet zijn geregeld in het Bouwbesluit 2012. Naast de bouwconstructies van het gebouw zelf (o.a. dak, gevels, trappen, vloerafscheidingen) is het derde lid daarom ook van toepassing op ophangconstructies voor plafonds, lampen, geluidsinstallaties, luchtverversingskanalen en dergelijke en bevestigingsmiddelen van zwembadvoorzieningen zoals bijvoorbeeld bassintrappen en duik- en startblokken.

De dragende delen behoeven alleen te worden geïnventariseerd in de ruimten waar de typisch zwembadatmosfeer (chloorlucht) heerst. Deze ruimten zijn benoemd in onderdeel b.

Deze ruimten moeten worden uitgesplitst in een gebied A en een gebied B. Gebied A betreft het zwembad-bassin en het gebied hieromheen dat begrenst wordt door de zogenaamde spatwaterzone. Gebied B is het overige gebied. Een onderscheid tussen de gebieden A en B is nodig, omdat binnen de spatwaterzone (gebied A) de risico’s op gevaarlijke corrosie kleiner zijn dan in gebied B. Ernstige ongevallen die zich in Nederland hebben voorgedaan, waren vooral het gevolg van het bezwijken van dragende delen in gebied B.

In de onderdelen c tot en met e is het begrip constatering gebruikt. Hiermee wordt duidelijk gemaakt dat wanneer niet kan worden geconstateerd dat aan de in deze onderdelen genoemde eisen is voldaan er geen sprake is van een voldoende veiligheidsniveau. Met onderdeel c is geregeld dat bij het onderzoek moet worden onderzocht dat er in gebied A geen dragende delen van niet-resistent RVS worden toegepast waarvan het bezwijken kan leiden tot persoonlijk letsel. Van de resterende niet-resistente RVS delen in gebied A moet op grond van onderdeel d worden nagegaan of deze direct visueel inspecteerbaar zijn of zijn voorzien van een coating. Deze laatste beoordeling is nodig omdat deze metalen delen zo nodig eenvoudig periodiek moeten kunnen worden gecontroleerd op de aanwezigheid van corrosie. Met direct visueel inspecteerbaar wordt bedoeld dat het deel zichtbaar en aanraakbaar is voor een persoon zonder dat eerst andere delen weg moeten worden gehaald of gebruik moet worden gemaakt van hulpmiddelen zoals een trap. Met onderdeel d is zeker gesteld dat de beoordeling van corrosievorming van niet-resistente RVS, anders dan bedoeld onder onderdeel c, onderdeel is van het onderzoek. De periodieke beoordeling van dit RVS na het eenmalige onderzoek van dit artikel, wordt met deze onderzoeksplicht niet nader ingevuld. Hiervoor geldt de algemene zorgplicht van de Woningwet waaraan de eigenaar zelf zo nodig met een periodieke beoordeling invulling kan geven.

Met onderdeel e is geregeld dat bij het onderzoek moet worden geconstateerd dat er geen dragende delen van niet-resistent RVS worden toegepast in gebied B.

In het vierde lid is aangegeven wat wordt verstaan onder niet-resistent RVS. De beoordeling of sprake is van resistent RVS is alleen mogelijk met specialistische analyseapparatuur ter plaatse of in een laboratorium. Bij recent aangebracht RVS kan uit de specificaties van de leverancier blijken dat sprake is van resistent RVS. Zonder aanvullende informatie moet men er van uit gaan dat sprake is van niet-resistent RVS.

Het vijfde lid bepaalt dat het onderzoek moet worden uitgevoerd door een ter zake kundig persoon. Uitgaande van het beschreven onderzoek zal deze persoon vooral deskundig moeten zijn op het terrein van metaalkennis, en het beoordelen van de constructieve veiligheid.

Het zesde lid bepaalt dat de uitkomsten van het onderzoek voor 1 januari 2017 in een rapport moeten worden vastgelegd. Uit dit onderzoeksrapport moet in overeenstemming met het derde lid in ieder geval blijken dat er geen niet-resistent RVS aanwezig is in de deelgebieden A en B. Hiermee is beoogd dat voor 1 januari 2017 alle overdekte zwembaden in deelgebied B volledig zijn ontdaan van dragende delen van niet-resistent RVS en in deelgebied A alleen voor zover het gaat om dragende delen van niet-resistent RVS die bij bezwijken kunnen leiden tot persoonlijk letsel. Van deze eisen kan alleen worden afgeweken als het bevoegd gezag akkoord gaat met een gelijkwaardige oplossing.

Het niet hebben van het in het zesde lid bedoelde rapport, of het hebben van een rapport waaruit niet blijkt dat volledig aan de in het derde lid, onderdelen c tot en met e, bedoelde eisen is voldaan betekent dat niet aan het op grond van het Bouwbesluit 2012 geldende veiligheidsniveau wordt voldaan of dat er sprake is van een overtreding van het zorgplichtartikel. Het bevoegd gezag (de gemeente) kan in dergelijke gevallen handhavend optreden door het opleggen van een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang. Er is dus altijd sprake van een overtreding als uit het rapport blijkt dat er nog niet-resistent RVS aanwezig is.

Op grond van titel 5.2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is een toezichthouder op ieder moment bevoegd het onderzoeksrapport op te vragen en geldt een medewerkingsplicht om aan deze vraag gehoor te geven. De gemeente heeft overigens wel de mogelijkheid akkoord te gaan met een eventuele gelijkwaardige oplossing indien toch niet-resistent RVS aanwezig is. Van een gelijkwaardige oplossing zou bijvoorbeeld sprake kunnen zijn wanneer een tweede draagweg wordt aangebracht zodat het bezwijken van metalen dragende delen van niet-resistent roestvaststaal niet kan leiden tot vallende objecten, metalen onderdelen of constructies op plaatsen waar zich personen kunnen bevinden.

Het zevende lid bepaalt dat er geen onderzoek nodig is wanneer er voor 1 juli 2016 al een onderzoeksrapport door het bevoegd gezag is goedgekeurd waaruit blijkt dat in de gebieden A en B geen dragende delen van niet-resistent roestvaststaal aanwezig zijn. In het verleden is er bij veel zwembaden namelijk al onderzoek uitgevoerd naar niet-resistent RVS. In dergelijke gevallen behoeft niet opnieuw onderzoek te worden gedaan. Het is van belang om hierover tijdig met de betreffende gemeente te overleggen.

Bij het uitvoeren van het hierboven beschreven onderzoek kan zo nodig als hulpmiddel gebruik worden gemaakt van het in bijlage A van NPR 9200:2015 “Metalen ophangconstructies en bevestigingsmiddelen in zwembaden” opgenomen inspectieprotocol. Voor zover het gestelde in dat inspectieprotocol afwijkt van het in het derde lid beschreven onderzoek geldt dit derde lid en de toelichting daarop.

Uw gekozen filters:

Type

Gebruiksfuncties